Doorloop deze vragen om snel en eenvoudig een mogelijke oplossing voor het probleem met uw Delta waterontharder te vinden. Hieronder vindt u de meest voorkomende oorzaken die er voor kunnen zorgen dat uw Delta waterontharder niet optimaal werkt.
Raadpleeg als particuliere klant eerst uw professioneel installateur voor deskundig advies omtrent de installatie en garantie alvorens wijzigingen aan te brengen.
Klacht: geen zacht water
Indien het water in het zoutreservoir zichtbaar is, vult u het zoutreservoir bij. Wanneer er onvoldoende zout aanwezig is in het zoutreservoir kan uw Delta waterontharder niet regenereren en heeft u mogelijks hard water.
Dan is er mogelijks een "zoutbrug" ontstaan.
Een verstening van het zout zorgt ervoor dat het zout hard wordt, samen klit en aan de zijkant van de zoutbak kleeft. Hierdoor zakt het niet meer naar beneden tot in het water. De ontharder zal niet spoelen zoals het hoort en u heeft mogelijks geen zacht water.
De oplossing: met een scherp voorwerp (bvb. een schroevendraaier) kan u van bovenaf voorzichtig de zoutbrug doorbreken zodat het zout weer in het water valt.
Klacht: geen zacht water
Wanneer de Delta waterontharder in bypass staat, stroomt het harde leidingwater niet door de waterontharder en zal het dus niet zacht zijn. Om de Delta waterontharder in te schakelen, dient u de knop van BYPASS naar SERVICE te draaien. Alvorens de knop van BYPASS naar SERVICE te draaien, sluit u eerst de hoofdkraan van de waterleiding, zo bent u zeker dat er geen verbruik is op het moment dat u de knop omdraait.
Klacht: hard water of hoog zoutverbruik
Indien de plaatselijke inkomende waterhardheid te laag is ingesteld, zal de ontharder niet tijdig regeneren en zal er dus hard water naar de woning stromen.
Indien de plaatselijke inkomende waterhardheid te hoog is ingesteld, zal de ontharder te snel regeneren en zal er onnodig zout en spoelwater verbruikt worden.
Bij een Duplex-waterontharder dient u op beide modules de inkomende hardheid en de resthardheid in te stellen.
Klacht: hard water
Men kan een gedeelte van de inkomende hardheid behouden door de resthardheid bvb. op 1/10e of 1/5e in te stellen.
Als de inkomende hardheid 40 F° bedraagt, zal er bij een resthardheid van 1/10e 4F° hardheid in het water blijven.
Als de resthardheid op 1/2e is ingesteld, blijft de helft van de kalk in het water.
Zet de ontharder in bypass (zie punt 4) en contacteer uw installateur of onderhoudsfirma.